Beijing heeft veel parken, en zestigplussers kunnen voor slechts 150 Yuán (nog geen 2o Euro) een kaart aanschaffen waarmee ze een jaar lang onbeperkt toegang tot alle parken krijgen. Veel ouderen maken daar gebruik van en gaan wekelijks of zelfs dagelijks naar een park om tàijíquán (tai chi) te beoefenen, om samen te zingen of dansen bij krakende muziek uit transistorradiootjes. Het Zhōngshān park is het meest centraal gelegen park in Beijing, en geniet op zondag een bijzondere belangstelling van Chinese ouderen. Maar wat doen ze daar toch iedere week?
Het goede antwoord wordt met de eerstvolgende post bekend gemaakt!